De Molenstomp

Als in 1856 de belasting op het gemaal (=belasting voor elke zak gemalen graan) wordt afgeschaft, wordt er ook in Wilp een molen gebouwd door Roelof Gerritsen en zijn vrouw Christina. In 1858 staat stellingmolen Weltevreden er met een gevelsteen boven het raam met de letters BG.

In 1899 komt de molen in handen van Hendrik Jansen. Bij de molen horen dan ook woonhuis, bakkerij, arbeiderswoningen, tuinen, bouwland en een boomgaard. Jansen koopt de molen voor zijn zoon, die er ook gaat wonen. Omstreeks 1900 wordt de dubbele molenaarswoning (Rijksstraatweg 63 en 65) gebouwd, waarin de molenaar en de bakker wonen. Deze is later vervangen door een loods en een bungalow. In 1925 worden de wieken en de stelling van de molen verwijderd, omdat de naastgelegen bomen de wind tegenhouden. De molenstenen worden dan aangedreven door een petroleummotor.

In de oorlogsjaren controleren de Duitsers regelmatig op illegaal persen van olie. In de molen wordt van de olie zeep gemaakt. In de hongerwinter komen mensen uit het westen om graan en meel te kopen of te ruilen.

Na de oorlogsjaren wordt er graan gemalen dat door de boeren of de molenaarsknecht wordt gebracht en gehaald. Ook mengvoeder wordt er gemaakt. Eind jaren ’60 van de vorige eeuw wordt de bakkerij gesloopt.

In 1968 wordt de molen verkocht en blijft tot in de jaren ’80 in bedrijf als korenmolen. Rond de eeuwwisseling word de molenstomp eigendom van de woningbouwvereniging.